Opname accommodatie

Dwangmedicatie

Opname accommodatie

KC22-020 18 april 2022

Uitspraak onafhankelijke klachtencommissie Wvggz Gelderland Midden en Zuid

 

 

Inzake : [klager]
Klachtnummer : KC22-020
Instelling : Pro Persona
Datum ontvangst klacht : 5 april 2022
Schorsingsverzoek : gehonoreerd
Hoorzitting : 13 april 2022
Datum uitspraak : 19 april 2022

 

 

Aanwezig bij de hoorzitting

[klager] (klager)

[patiëntenvertrouwenspersoon] (PVP)

 

[verweerder] (verweerder)

[verweerder] (arts)

[medewerker] (co-assistent)

[medewerker] (verpleegkundige)

 

[voorzitter] (voorzitter klachtencommissie)

[lid 1] (psychiater)  `

[lid 2] (lid)

 

[ambtelijk secretaris] (ambtelijk secretaris Wvggz klachtencommissie)

 

 

Juridische status

Zorgmaatregel

 

Klacht

  1. Opname kliniek
  2. Medicatie

 

Procesverloop

De commissie heeft op 5 april 2022 een mail ontvangen van de patiëntenvertrouwenspersoon (PVP) van klager waarin staat dat klager, in het kader van verplichte zorg, bezwaar maakt tegen de opname in een kliniek en de toegepaste medicatie. Klager heeft tevens een schorsingsbesluit ingediend inzake de medicatie. Het schorsingsverzoek is gehonoreerd door de commissie.

Diezelfde dag zijn partijen geïnformeerd over de behandeling van de klacht, het schorsingsbesluit en uitgenodigd voor de hoorzitting. Het verweer is op 11 en 12 april 2022 doorgestuurd naar partijen.   

De digitale hoorzitting heeft plaatsgevonden op 13 april 2022. Bij die gelegenheid hebben partijen hun standpunt kunnen toelichten. Aan het einde van de hoorzitting heeft de voorzitter medegedeeld dat de volledige uitspraak uiterlijk op 19 april 2022 schriftelijk naar partijen gezonden zal worden.

 

De klachtencommissie heeft inzage gehad in de volgende stukken:

-           Ingediende klacht door PVP;

-           Verweerschrift;

-           Zorgplan d.d. 14-1-2022;

-           Poststuk gemeente Nijmegen d.d. 28-2-2022.

-           Medische verklaring d.d. 10-3-2022;

-           Zorgmachtiging d.d. 14-3-2022;

-           Beslissing verlenen verplichte zorg d.d. 14-3-2022;

-           Decursus periode 14-3-2022 t/m 12-4-2022;

 

 

Termijn

Het klaagschrift bevat klachten tegen verplichte zorg als omschreven in artikel 10:3 Wvggz. Deze klachten hebben betrekking op een beslissing waarvan het gevolg actueel is. Om die reden ziet de klachtencommissie zich gehouden binnen twee weken na ontvangst van de mail van de PVP een schriftelijke en gemotiveerde beslissing te nemen. Deze termijn loopt af op 19 april 2022.

 

 

Feiten

Klager is een [leeftijd] man bekend met een psychotische stoornis en een vermoeden van PTSS. Tevens is klager zeer regelmatige gebruiker van Cannabis.

Op 14 maart 2022 is een zorgmachtiging afgegeven voor de duur van vier maanden.

 

 

Standpunten van partijen

Klager geeft ter zitting aan dat hij het verweer niet heeft gelezen. Dit werd pas gisteren aan hem uitgereikt en hij heeft het niet aangenomen vanwege het late tijdstip van aanleveren. Klager is het niet eens met de diagnose psychotische stoornis. Hij geeft aan last te hebben van PTSS en lichamelijke klachten. Klager vertelt dat hij voor de maffia heeft gewerkt en in 1995 hiermee heeft gebroken. Sindsdien heeft hij geen rust meer gehad. Hij heeft gekozen voor een spiritueel leven en heeft een holistische kijk op het leven. Ook kan hij mensen genezen. In 2019 heeft klager een hartaanval gehad. Hij ervaart nu opnieuw hartklachten en wil hiervoor graag onderzocht worden. Hij is van mening dat hierin niet naar hem geluisterd wordt.

PVP vult aan dat klager hartritme stoornissen heeft en bang is dat hij door de medicatie een hartaanval zal krijgen. Voor klager is de diagnose schizofrenie zeer bezwarend aldus PVP. Klager wil eerst het onderzoek naar de PTSS ondergaan. Er wordt nu een label op hem geplakt terwijl de diagnose niet klopt. Klager wil ook met ook ontslag. Hij zou 3 maanden opgenomen worden voor observatie maar is bang dat hij langer vastgehouden wordt. De PVP ondersteunt klager in het te late aanleveren van het verweer. Ook hij kwam in de problemen met de voorbereiding.

 

Verweerder biedt excuses aan voor het late verzenden van een groot deel van het verweer. Hij heeft het secretariaat 2 dagen geleden verzocht om de stukken aan te leveren. Daarin is iets misgegaan.  

Verweerder licht toe dat klager vanuit de GGD in beeld is gekomen. Hij leefde onder erbarmelijke omstandigheden en woonde, illegaal, in een tentje in het bos. Klager lijkt tevreden met dit bestaan maar er bestaan al langer zorgen over hem. In 2021 is klager via een crisisopname kortdurend opgenomen vanwege risico op bevriezing. Verweerder voelt het dilemma of iemand verplichte zorg opgelegd moet krijgen of dat er sprake mag zijn van een eigen keuze voor deze manier van leven. Behandelaren zijn echter tot de overtuiging gekomen dat de grondslag voor deze keuze te maken heeft met klagers psychotische belevingen. Deze zijn mede aanleiding voor het feit dat klager zich zo in de marge van maatschappij bevindt. Er is sprake van dakloosheid, toenemende vijandigheid en onvoldoende zelfzorg. Omdat het ACT team niet in contact kwam met klager is toch een zorgmachtiging aangevraagd en is hij verplicht opgenomen.  

Verweerder ondersteunt het idee dat klager last heeft van PTSS. Er is echter nog geen mogelijkheid geweest om dat te onderzoeken. Verweerder licht toe dat klager soms wel en dan weer niet instemt met een lichamelijk onderzoek. Klager verzet zich tegen de opname en noemt deze ongrondwettelijk en een gerechtelijke dwaling.

Voor zover bekend bij verweerder is klager nooit eerder behandeld voor zijn psychotische klachten. ‘We zien dat hij gebukt gaat onder de situatie. Dat maakt dat het aan de orde is om een behandeling toe te passen’ aldus verweerder.

 

Op vragen van de commissie antwoordt klager dat hij zich het best voelt in de natuur. Hij heeft enkele jaren geleden een pelgrimstocht gemaakt. Hij floreert in de stilte van de natuur. Heeft absolute rust en stilte nodig om zich goed te voelen. Er is regelmatig contact met de politie geweest. Volgens klager is de politie ook van mening dat hij goed voor zichzelf zorgt. Hij is nooit agressief naar anderen. Vanuit boosheid en frustratie maakt hij soms wel dingen kapot aldus klager. Hij hoopt na ontslag op een blijvende stilteplek. Klager is van mening dat dit een wettelijk recht is. Anders ziet hij zich genoodzaakt om fietsend rond te reizen met een karretje voor een tent.   

 

Klager vertelt ter zitting dat hij leeft van eros, intuïtie en vrijheid. ‘Ik kom iets tegen en even later vind ik het antwoord’ aldus klager. Hij heeft lange tijd bij het [bijnaam] vrouwtje gewoond in [plaats] en zo de vorst overleefd. Hij kon daar in rust leven en was tevreden. Hij is jarenlang geterroriseerd en heeft hele nare ervaringen opgedaan: is van pedofilie beschuldigd, werd dagelijks ondervraagd maar er heeft nooit een officieel onderzoek plaatsgevonden. De GGD heeft een woedeaanval als psychotisch gediagnosticeerd volgens klager. Klager is een Yogi. ‘Yogi’s hebben geen vast woon- en verblijfplaats’, licht klager toe.

 

Klager vindt dat hij goed in de samenwerking is. Hij heeft geen second opinion gevraagd en geen andere advocaat genomen bijvoorbeeld. Hij voelt zich echter niet serieus genomen. Er zou een MRI gemaakt worden en een hartfilmpje. Klager verwacht dat er dan PTSS uit komt. In plaats daarvan had hij een gesprek met een arts die alleen een stethoscoop had en al medicijnen voorschrijft terwijl er nog geen diagnose is.

Klager vult aan dat de opname als een vernedering voelt voor hem.

 

Klager mag dagelijks blowen in de kliniek ondanks het negatieve effect dat dit kan hebben op de psyche. Op een vraag hierover vanuit de commissie licht verweerder toe dat dit gedoogd wordt omdat dit sterk verankerd zit in het systeem van klager. Het heeft geen meerwaarde hem dit te ontzeggen aldus verweerder. Hij hoopt dat het gebruik verminderd kan worden door de farmacologische behandeling. Er zijn wel afspraken over gemaakt om het enigszins te beperken. Klager zie de wiet als medicijn, niet als levensstijl, en vult aan dat wetenschappelijk is bewezen dat blowen helpt tegen depressies en bij PTSS.

 

De voorzitter vraagt verweerder om na de hoorzitting de ontbrekende zorgmachtiging na te zenden.  

 

      

BEVINDINGEN VAN DE COMMISSIE

 

Ontvankelijkheid klacht en bevoegdheid commissie

Op grond van artikel 10.3 van de Wvggz kan een klacht worden ingediend bij de klachtencommissie over de nakoming van een verplichting of een beslissing op grond van de in dat artikel opgenomen bepalingen. Aangezien de klacht is gericht tegen de uitvoering van de verplichte zorg zoals bedoeld in artikel 8.9 Wvggz is de klacht ontvankelijk.

 

Gronden en overwegingen

Gelet op de ingebrachte stukken, de inhoud van de dossierstukken en het verhandelde ter zitting komt de klachtcommissie tot de volgende overwegingen.

Artikel 8:9 Wvggz bepaalt dat de zorgverantwoordelijke ter uitvoering van de (voortgezette) crisismaatregel en ter uitvoering van de zorgmachtiging een beslissing tot het verlenen van verplichte zorg niet neemt, dan nadat hij:

  1. zich op de hoogte heeft gesteld van de actuele gezondheidstoestand van betrokkene,
  2. met betrokkene over de voorgenomen beslissing overleg heeft gevoerd, en
  3. voor zover hij geen psychiater is, hierover overeenstemming heeft bereikt met de geneesheer-directeur.

 

Allereerst en meer in het algemeen overweegt de commissie dat verplichte zorg bij psychiatrische patiënten een ernstige inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer en/of lichamelijke integriteit. Deze inbreuk dient dan ook met de nodige waarborgen omkleed te zijn. Daarom worden er zowel op juridisch als op medisch gebied eisen gesteld aan het mogen toepassen van verplichte zorg. Op juridisch gebied moet verplichte zorg voldoen aan de gronden van de Wvggz en aan vormvoorschriften zoals vastlegging van het zorgplan en het uitreiken van een voldoende gemotiveerde schriftelijke kennisgeving van de verplichte zorg.

 

Klager is een [leeftijd] man die gediagnosticeerd is met een paranoïde psychose en mogelijk PTSS. Klager woont met een tent in een bos en weigert elke vorm van hulp. Klager klaagt over opname en verplichte medicatie. Klager wil geen medicatie of opname, maar vrij in de natuur leven.

 

Verweerder wil het ernstig nadeel van klager beperken door de opname en de verplichte medicatie. Het ernstig nadeel is gelegen in het lastig vallen van mensen die aangifte willen doen op het politiebureau, gedragsproblemen, verminderd zelfredzaamheid, vermagering, verslechtering in contact en schulden. Klager heeft in februari 2022 een onsamenhangende brief bij een gemeenteambtenaar ingediend waarin hij paranoïde complot theorieën beschrijft met moord, complotten en de Heilige geest. Door zijn verbale uitingen hierover kan hij agressie oproepen bij anderen. Verweerder heeft de verplichte zorg besproken met klager op 14 maart 2022. Vrijwillige hulp is niet mogelijk, klager is zorgmijder en ontkent de paranoïde psychosen.

De verplichte zorg is besproken met klager op 14 maart 2022 en de schriftelijke aanzegging is ook gedateerd op 14 maart 2022.

 

De commissie kan de inhoudelijke overwegingen van verweerder als passend kwalificeren.

Uit het dossier blijkt dat klager lijdt aan paranoïde psychosen en zorgmijder is. In de hoorzitting heeft klager aangegeven gebroken te hebben met de maffia en dat er een chip in zijn kies zit waarmee hij berichten van NASA ontvangt. Verweerder heeft gekeken naar alternatieven, is in gesprek gebleven met klager en heeft ook alternatieve medicatie aangeboden aan klager. De opname is noodzakelijk in verband met het zorgmijdend gedrag van klager en eveneens noodzakelijk om klager te kunnen behandelen. Het is een juiste behandelmanier om het ernstig nadeel te beperken. Aan alle vormvereisten is volledig voldaan.

 

Op basis van bovengenoemde gronden acht de klachtencommissie de klachten opname en verplichte medicatie ongegrond.

 

Uitspraak

De klachtencommissie verklaart de klachten ongegrond.

 

Beroep

Klager, vertegenwoordiger of de zorgaanbieder kan door middel van een schriftelijk en gemotiveerd verzoekschrift bij de Rechtbank Gelderland beroep instellen tegen onderhavige uitspraak van de klachtencommissie. De termijn voor het indienen van een verzoekschrift bedraagt zes weken na de dag waarop de beslissing van de klachtencommissie aan de betrokkene is meegedeeld.

 

 

 

Aldus besloten te [locatie], 19 april 2022

namens de Wvggz klachtencommissie,

i/o

 

[voorzitter]

Voorzitter Wvggz Klachtencommissie

Aantal bladzijden: 5